Een groot kleurenpalet zie je aan de voet van de stuwwal verschijnen. De diverse graansoorten en gewassen hebben alle een andere kleur. De beuken die al een licht rode gloed geven. Vooral het mosterdzaad kleurt vrolijk geel. Een kleine gele stip onder het het grootse luchtruim. Een perceel half omzoomd door een houtwal. Deze houtwal is ook nog gelegen op een steilrand. Het maakt het meer bijzonder. Ook voor de dieren en insecten. Ik herinner me nog dat het hier wemelde van kleine insecten. Het graan met de vele akkeronkruiden vormt een eldorado voor insecten. Daar kwamen weer vele libellen op af, met name de paardenbijter (libel). Waar veel libellen zijn, zie je de boomvalk. Houtwallen geef een luwte, een speciaal microklimaat waar insecten van profiteren. Terug te komen op de paardenbijters, zij kunnen in de houtwal veilig en beschut de nacht doorbrengen. De kleine insecten en onkruiden vormen een goede voedselbron voor bijvoorbeeld jonge patrijzen, kwartels of andere vogels van akkers en graan. Soms is het zo simpel, maar was het maar zo eenvoudig realiseerbaar. Nico de Haan weet er meer van, 27 feb. 19.45 uur Lievelde Erve Kots.